FR/ Bukhara est une ville magnifique, pleine d’histoire et datant de plus de 2000 ans. Elle se situe au cœur de la route de la soie et figure sur la liste du patrimoine mondial de l’UNESCO. C’est au travers de son architecture enchanteresse qu’a été créé le shashmaqam, rencontre de musiciens et chanteurs Ouzbeks, Tadjiks et membres de la communauté juive. Il s’agit d’une musique sophistiquée et savante, dans laquelle on peut trouver des textes tirés de poèmes soufis sur l’amour divin. Le shashmaqam qui signifie littéralement « 6 maqams » – donc 6 modes, est un véritable répertoire composé de multiples instruments et chants.
La chanteuse ouzbèke Gulzoda Khudoynazarova est l’une des voix les plus importantes d’Asie centrale. Née à Bukhara, elle y étudie la musique folklorique traditionnelle et le shashmaqam. Grâce à sa forte présence scénique et à sa voix puissante, elle est aujourd’hui considérée comme l’une des principales interprètes du shashmaqam, rendant ses concerts inoubliables.
Gulzoda Khudoynazarova: chant
Bekzod Safarov: dutar (luth), tambour
Farruh Vohidov: gijjak (violon traditionnel)

NL/ Buchara is een meer dan 2000 jaar oude, prachtige stad langs de zijderoute die op de Unesco-lijst van werelderfgoed staat. Tussen deze feeërieke architectuur ontstond de shashmaqam door de ontmoeting van muzikanten en zangers van verschillende culturen en godsdiensten: Oezbeken,Tadzjieken en Joden. Het is een geraffineerde soort muziek, met teksten uit soefi-gedichten over de goddelijke liefde. De instrumenten zorgen voor een strakke begeleiding van de stemmen. Shashmaqam betekent letterlijk ‘6 maqams’ (zes modi) en werd opgenomen in de lijst van Immaterieel Cultureel Erfgoed.
De Oezbeekse zangeres Gulzoda Khudoinazarova is één van de belangrijkste stemmen uit Centraal Azië. Dankzij haar krachtige stem die gevoel voor nuance aan een ijzersterke podiumprésence koppelt, is ze de diva van de shasmaqam. Gulzoda komt bovendien zelf uit Buchara en studeerde er traditionele volksmuziek en shashmaqam.
Gulzoda Khudoynazarova: zang
Bekzod Safarov: dutar (luit), tanbur
Farruh Vohidov: gijjak (vedel)